Ieder kind kansrijk!

Dat het uitmaakt waar je wieg staat, is algemeen bekend. Elk kind verdient de kans om zich te ontwikkelen, de kans op een toekomst. Kinderen die opgroeien in armoede leven vaak in een omgeving die weinig stimulerend is en waar weinig prikkels zijn om hun eigen talenten te ontdekken.

Als school kun je niet de financiële situatie van gezinnen beïnvloeden, maar we kunnen als school wel onze leerlingen zo goed mogelijk opleiden en kansen geven om hun talenten te ontdekken door zo breed mogelijk in te zetten op een breed scala aan andere vakken, dus ook op andere vakken dan taal-lezen en rekenen.
Als school vinden wij het onder andere belangrijk om aandacht te besteden aan kunst en cultuur, muziek, sport en onderzoekend en ontwerpend leren in de breedste zin van het woord. Deze vakken kunnen er weleens bij inschieten, maar door deze structureel te plannen in het schooljaarplan komt het aan bod en bieden we onze leerlingen de kans om zich breder te ontwikkelen. Dat we vakleerkrachten inzetten voor gymnastiek, geestelijke vorming en muziek draagt enorm bij aan de (algemene) ontwikkeling.

Het verkleinen van de kloof tussen arm en rijk is een belangrijk vraagstuk in Nederland en daarom hebben de kerken van Ter Apel en alle basisscholen in Ter Apel hun handen ineen geslagen om met elkaar om de tafel te gaan om het vraagstuk m.b.t. armoede te bespreken. In hoeverre speelt armoede een rol in de kansenongelijkheid van onze leerlingen?
Niet elk kind heeft dezelfde startpositie en de buitenschoolse omgeving kan enorm verschillen. Dit werkt kansenongelijkheid in de hand. Dit komt mede doordat kansenongelijkheid zit geworteld in de Nederlandse samenleving.
Het onderwijs kan deze ongelijkheid niet volledig compenseren, maar kan wel een mooie bijdrage leveren aan het vergroten van de kansengelijkheid van leerlingen. Als leerkracht kun je een wereld van verschil maken!

Mocht u naar aanleiding van deze column met mij willen spreken over armoede, dan kunt u contact opnemen via de mail: directie.devlinder@oow.nl.

Veel leesplezier,
Anita Klompsma-Bolk.