Het schoolteam van OBS De Vlinder is in het schooljaar 2019-2020 gestart met een driejarig traject
Positive Behavior Support (hierna PBS) is gericht op het creëren van een omgeving die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt. Het programma is, op wetenschappelijke basis, in Amerika ontwikkeld.
Het schoolteam werkt aan het systematisch aanleren van goed en gewenst gedrag. Het positief gedrag wordt bekrachtigd en beloond en ongewenst gedrag wordt eenduidig omgebogen.
PBS is een schoolbreed gedragen systeem van positief bekrachtigen van gewenst gedrag bij leerlingen. Het streven is om onze leerlingen op een positieve en stimulerende manier gewenst, goed gedrag aan te leren. Dit doen wij door:
- Heldere gedragsverwachtingen te formuleren, waarbij onze vier pijlers van goed gedrag zijn: verantwoordelijkheid, veiligheid, vriendelijkheid en vertrouwen.
- De gedragsverwachtingen zichtbaar te maken in de school. Onze regels hangen zichtbaar in de school en in de klas, waardoor leerlingen weten wat de gedragsverwachtingen zijn.
- Het systematisch aanleren van gewenst gedrag. Binnen PBS wordt er vanuit gegaan dat leerlingen goed gedrag willen laten zien. Goed gedrag moet worden aangeleerd, net als taal en rekenen. De leerkrachten oefenen regelmatig actief gewenst gedrag via ‘gedragslessen’. Uitgangspunt is dat gewenst gedrag wordt bekrachtigd en ongewenst gedrag zoveel mogelijk wordt genegeerd.
Het schoolteam heeft de gedragsverwachtingen omschreven en op elkaar afgestemd. Deze hangen in alle klassen.
In de onderbouw hebben we 10 klassenregels, in rijmvorm zodat ze beklijven bij de leerlingen. Deze worden vooral tijdens de Gouden Weken, de startperiode, aangeleerd en veelvuldig herhaald. De klassenregels worden verdeeld onder onze 4 schoolwaarden (de vier V’s):
1. verantwoordelijkheid,
2. vriendelijkheid,
3. vertrouwen,
4. veiligheid.
Deze hangen zichtbaar, passend bij de juiste waarde, op ooghoogte (voor zover mogelijk) in de klas.
Verantwoordelijkheid:
• Nu laten we merken, hoe rustig we kunnen werken
• Wacht op je beurt en steek je vinger op, dit vindt juf top.
Vertrouwen:
• Denk eerst na voordat je iets doet dan voelt het voor de ander ook goed.
• We halen onze jas en tas en komen rustig in de klas.
Vriendelijkheid:
• Heeft je vriendje verdriet, troost hem dan als je het ziet.
• Samen spelen, samen delen
• Er is er maar één die praat, zodat het luisteren beter gaat.
Veiligheid:
• Netjes lopen in de rij, dat hoort er bij.
• Goed blijven zitten op je stoel, dat kunnen er hier een heleboel
• Vind ik iets vervelend? Dan zeg ik STOP en houdt de ander op!